Van de vier grote spelers op waterbouwgebied is er een die
elke keer zijn eigen koers bepaalt door grotere schepen te laten bouwen of
bijzondere projecten op te pakken dan de concurrenten. Dat was indertijd het
geval met de grootste hopperzuiger en de grootste cutterzuiger. Nu laat Jan de
Nul Group in Kroatië het grootste kabellegschip bouwen. Naam en toenaam zijn nog
niet bekend, voorlopig is het de JDN8628. De geschiedenis herhaalt zich wat dat
betreft. Is er een speciale aanleiding om dit schip te bouwen, zo vragen we
Noël Pille, Offshore Directeur bij Jan De Nul Group in Hofstade-Aalst.
“Het past bij onze filosofie om nieuwe kansen te ontwikkelen
en de knowhow en ervaring verder uit te bouwen. Aangezien opdrachtgevers
vandaag op zoek gaan naar een totaaloplossing voor hun bouwplannen, waarin
ontwerp en uitvoering geïntegreerd verlopen, maar ook waarbij meerdere facetten
van hun bouwplannen kunnen worden gerealiseerd door eenzelfde aannemer,
proberen we daar zoveel mogelijk aan tegemoet te komen. De gespecialiseerde
offshore diensten bevatten tot twee jaar terug nog geen
installatiemogelijkheden van onderzeese kabels of umbilicals. Hiervoor moesten
we een beroep doen op een derde partij. Sinds twee jaar voeren we deze
activiteit echter zelf uit, doordat we ervoor hebben gekozen om onze bestaande
vloot uit te rusten met materieel om deze activiteit zelf uit te voeren. Zo
kunnen we met één schip zowel de kabel zelf installeren als de daaropvolgende
rotsinstallatie ter bescherming ervan uitvoeren. Ondertussen hebben we reeds
vier kabelinstallatiewerken toegekend gekregen. Het is dus zeker een activiteit
met nog meer potentieel. Daarom hebben we besloten een multipurpose-schip toe
te voegen aan onze vloot dat zowel kan worden ingezet voor het installeren van
de kabel als voor de bescherming ervan door rotsinstallatie en/of
post-trenching. De bestelling van dit schip is een logisch gevolg van de
uitbreiding van Jan De Nul Group’s offshore diensten. Deze extra diensten,
namelijk het plaatsen van kabels en umbilicals, vergen investeringen in
gespecialiseerde uitrustingen. We investeren in deze nichemarkt omdat we
geloven in het potentieel. We komen zo ook meer tegemoet aan de vraag van de
klanten om te beroepen op één aannemer voor verschillende facetten van hun
project.”
De afmetingen zijn 138 meter lang bij 32 meter breed. Het
totaal geïnstalleerd vermogen bedraagt 12.330 kW. De snelheid is maximaal 12,5
knopen. Met dit schip, dat volgend jaar in de vaart komt, speelt Jan de Nul in op de ontwikkelingen in
de markt, daardoor neemt het omzetaandeel van de offshore activiteiten toe in
vergelijking met 2012, maar de grootste omzet is nog steeds te danken aan de baggeractiviteiten
van de groep. Voor 2013 vertegenwoordigen de baggeractiviteiten 61% van de
omzet, de offshore activiteiten zijn goed voor 14% van de omzet.
De JDN8628 is het eerste schip in zijn soort voor De Nul
Group. Er zijn wel twee bestaande schepen die kunnen worden omgebouwd om de
kabelinstallatiewerken uit te voeren, het multipurpose-schip Willem de Vlamingh
en het valpijpschip Simon Stevin. De Willem de Vlamingh heeft eerder een
kabelinstallatiewerk voor het Northwind-project ter hoogte van de Belgische
kust uitgevoerd. Het installeert momenteel een kabel in Mexico en gaat
vervolgens naar Qatar. De Simon Stevin sloot recent een installatiewerk af, ook
voor de Belgische kust, in opdracht van Alstom, en heeft ervoor al umbilicals
geïnstalleerd in Sakhalin.
Vertelt u eens wat meer over huidige hoogstandjes qua
opdrachten?
“Op dit ogenblik voeren we drie kabelinstallatieprojecten
uit. In de eerste helft van dit jaar werd een 80 km lange elektriciteitskabel
in Duitsland aan boord geladen van het multipurpose-schip Willem de Vlamingh.
De kabel wordt in Mexico geïnstalleerd tussen verschillende olieplatformen in
het Ayatsil-veld. De kabel wordt er ingegraven met behulp van een trenching
machine, bediend vanaf het schip. Bovenop de kabel worden beschermende
betonmatrassen geïnstalleerd, die op hun beurt verder worden afgedekt met een
rotsbeschermingslaag. Hetzelfde schip gaat later naar Qatar voor de installatie
van twee onderzeese 132kV-kabels op 52 mijl ten noordoosten van Doha. Daar
verwerkt Qatar Petroleum op het eiland Halul ruwe olie afkomstig van de
Qatarese offshore velden. Om te voorzien in de toekomstige elektriciteitsvraag
van het eiland moeten er twee kabels van 100 km elk tussen Ras Laffan en het
eiland worden geïnstalleerd. Op beide locaties zullen we ook de kabels aan land
trekken. In de Noordzee installeert de Simon Stevin een kabel tussen de nieuwe
5MW-turbine van Alstom en het Belwind OHVS-station, inclusief trenchen en
rotsbescherming.”
10.000 ton
Op de vraag of het schip uniek is, reageert Pille: “De
mogelijkheid om met één schip drie verschillende activiteiten uit te voeren,
namelijk trenchen, kabelinstallatie én rotsinstallatie met slechts één
mobilisatie, is zonder meer bijzonder. Bovendien kan er worden geschakeld
tussen deze activiteiten zonder dat het schip moet worden omgebouwd. De
opstelling van de twee kabeldraaitafels is zeer innovatief. Die zijn zo
opgesteld dat er één doorlopende kabel, met een totaal gewicht van ongeveer
10.000 ton, kan worden geladen en geïnstalleerd. Hiervoor worden twee
draaitafels aan boord voorzien. Eén bovendeks met een capaciteit van 5.500 ton
en één benedendeks met een capaciteit van 4.500 ton. In rotsinstallatiemodus
kan het schip ongeveer 10.000 ton stenen laden. Door middel van graafmachines
aan boord en een valpijp met ROV kan de rots tot ongeveer 400 m diepte
nauwkeurig worden geïnstalleerd.
De JDN8628 wordt als eerste ingezet in de offshore sector
voor installatie van kabels en umbilicals, en voor steenbestortingen. De
deiningsgecompenseerde kranen laten ook toe om onderzeese activiteiten, zoals
het plaatsen van matrassen, uit te voeren. Deze valpijpinstallatie is gebaseerd
op het systeem aan boord van de schepen La Boudeuse en Willem de Vlamingh, maar
kan op grotere dieptes stenen storten. Daarnaast is het schip voorzien van twee
offshore kranen, met capaciteiten van respectievelijk 50 en 25 ton. Beide
kranen beschikken over ‘Active Heave Compensation’. Dit systeem maakt het
mogelijk om een last te hijsen en die op een constante hoogte te houden, onafhankelijk
van de scheepsbewegingen veroorzaakt door de golven. Zo kan het schip in
zeegang een last op de zeebodem plaatsen. Dankzij de verschillende tools aan
boord is dit echt ‘multipurpose’ materieel: plaatsen van kabels, installatie
van rots, andere installatiewerken onder water, hijswerkzaamheden op zee,
graven van geulen, enz. Bovendien kunnen verschillende van deze functies
tegelijkertijd of onmiddellijk na elkaar worden uitgevoerd, zonder de noodzaak
om het schip daarvoor om te bouwen.”
SPS certificaat
Om deze functies optimaal uit te voeren is het schip
voorzien van een klasse 2 Dynamisch Positioneringssysteem. Dit systeem bestuurt
vijf schroeven: twee thrusters in het achterschip, twee boegschroeven en een
intrekbare thruster in het voorschip. Dit systeem houdt het schip nauwkeurig op
positie, ook in zware zeegang en met sterke wind. Aan boord is er een
accommodatie voor 75 medewerkers. Deze grote capaciteit is nodig, omdat tijdens
de werkzaamheden heel wat specialisten, vertegenwoordigers van klanten of
inspecteurs aan boord kunnen zijn. Alle hutten zijn eenpersoonshutten, met
eigen sanitair en internetverbinding. Daarnaast zorgen een ruime messroom,
recreatieruimtes en gymnasium met sauna voor een aangename leefomgeving. Het
schip is ook voorzien van een helikopterdek en is in het bezit van een
SPS-certificaat (Special Purpose Ship).
Het eigen departement Design en Engineering ontwerpt zelf
nieuw materieel of tekent aanpassingen aan bestaand materieel uit. Het
materieel wordt gebouwd of omgebouwd om aan de eisen van de klant te kunnen
voldoen. Daardoor kan Jan De Nul volgens Pille altijd heel kort op de bal
spelen: “Dankzij voortdurend investeren in technologie beschikken we vandaag
over de meest moderne en meest diverse vloot ter wereld. Ook de geavanceerde
technologie die de nieuwe schepen mee aan boord nemen, is door het interne
departement Design en Engineering ontworpen. Bovendien worden bepaalde
gespecialiseerde scheepsonderdelen door ons zelf gebouwd en aan de scheepswerf
geleverd. Ook dit multipurpose-schip is geheel intern bedacht en ontworpen.
Voor het systeem waarbij één lange kabel in twee carrousels wordt geladen, werd
intussen een patent aangevraagd.
Noël Pille besluit: “Ons bedrijf blijft ondanks zijn grootte
nog steeds een familiebedrijf in hart en nieren. Geen logge hiërarchie, maar
een dynamische en vlakke bedrijfscultuur die staat voor een no-nonsense aanpak
en zorgt voor een vlotte communicatie en snelle beslissingen. Dat is heel
aangenaam werken.”
klein.jpg)

Hollandse waterbouwers kijken altijd eerst even de belgische kat uit de boom !
BeantwoordenVerwijderen